vrijdag 29 mei 2020

Meditatie voor Pinksteren

Handelingen 2:1-21

Nog steeds wordt, zoveel eeuwen na die Pinksterdag in Jeruzalem, dezelfde vraag gesteld: ‘Wat wil dit alles toch zeggen?’
Pinksteren is zo’n ongrijpbaar gebeuren. Te midden van alle feesten is het toch een beetje een stiefkindje. Kerst viert de hele wereld; Pasen is het hoogtepunt van de liturgie; maar wat moeten we met Pinksteren?
Ja, natuurlijk weten we wel wat Pinksteren is: ‘Uitstorting van de Heilige Geest’.
Maar wat houdt dat nu echt in?

Kijk in Handelingen 2 wat er gebeurt:
‘Toen de dag van het Pinksterfeest aanbrak waren ze allen bij elkaar’
Ze kwamen niet bij elkaar, nee, bij het aanbreken van de dag waren ze al bij elkaar!
Waarom? Wat deden ze? De hele nacht zijn ze op geweest… Dat was en is onder gelovige Joden gebruikelijk, om in de nacht van het Wekenfeest niet naar bed te gaan, maar de hele nacht Tora te leren. Dat hebben de leerlingen van Jezus ook gedaan: net als ieder ander hebben ze zich in deze nacht gericht op de Tora waarvan tijdens dit feest gevierd wordt, dat God die aan zijn volk gegeven heeft; elkaar herinnerend aan allerlei lessen die ze van Jezus geleerd hadden. Petrus zegt: Weet je nog, dat Jezus zei… Johannes valt in... Andreas valt hem bij... Mattheüs vult aan... En Thomas herinnert zich nog een andere bijzonderheid. Samen rijgen ze in de loop van de nacht de flarden en brokstukken aaneen tot een bezielend geheel. Jezus’ woorden komen tot leven. De puzzelstukjes vallen op hun plaats. Het Woord wordt voor iedereen verstaanbaar. En opeens staan ze in vuur en vlam!
Wie in bed heeft gelegen deze nacht en ze ’s morgens zo aantreft, zal het maar raar vinden en kan gemakkelijk zeggen: Ze lijken wel dronken!

De Uitstorting van de Heilige Geest, die Jezus had beloofd en waarop zijn leerlingen moesten wachten, vond niet toevallig plaats op dit feest.
Al die Joden uit verre streken, waarvan in Handelingen 2 verteld wordt dat zij in Jeruzalem verbleven, zijn gekomen voor het Wekenfeest. Precies vijftig dagen na de Uittocht uit Egypte ontving het volk van God de Tora, de Wet, op de berg Sinaï. De God van Israël laat Zich kennen en sluit een Verbond met zijn volk. Eigenlijk wòrdt het daardoor pas echt zijn volk.

De uiterlijke verschijnselen van Wind en Vuur waarvan we horen in Handelingen 2 verwijzen naar Gods Aanwezigheid en zijn Grote Macht. Het zijn dezelfde tekenen die Gods neerdalen op de Sinaï begeleiden, als Hij zijn volk de Tien Woorden geeft. Net als bij de Openbaring op de Sinaï gaat de hemel open. De leerlingen van Jezus zijn vol vuur. Ze kunnen niet langer zwijgen. Zij beginnen te spreken ‘van Gods grote daden’…

Wat is er precies gebeurd op die Pinksterdag in Jeruzalem?
Nu wordt vervuld wat Jezus had aangekondigd:
In Johannes 14 zegt de Heer: Als je Mij liefhebt, houd je dan aan mijn geboden… Dan zal Ik de Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te geven, die altijd bij je zal zijn: de Geest van de waarheid.
In Johannes 16 zegt Hij: Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer Hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar Hij zal zeggen wat Hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat. Door jullie bekend te maken wat Hij van Mij heeft, zal Hij Mij eren.
En wat zegt Jezus in Handelingen 1, net voor de Hemelvaart: Johannes doopte met water, maar binnenkort worden jullie gedoopt met de heilige Geest… wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en van Mij getuigen

Johannes doopte met water, maar kondigde aan: Die na mij komt, die zal dopen met de Heilige Geest en met vuur!
Zodra de leerlingen van Jezus zijn gedoopt met de Heilige Geest, worden ze getuigen.
De meesten van ons zijn gedoopt; met water. Ook met de Heilige Geest?
Sinds Pinksteren kennen we geen Doop zonder de Heilige Geest. Maar zijn we het ons bewust? Heeft het ook effect op ons?

Wat wil dit alles toch zeggen? vragen de mensen. En wat zegt Petrus in zijn preek?
Hier, op dit moment wordt de profetie vervuld; en hij citeert uit Joël: Aan het einde der tijden, zegt God, zal ik over alle mensen mijn geest uitgieten. Dan zullen jullie zonen en dochters profeteren, jongeren zullen visioenen zien en oude mensen droomgezichten. – dàt is het wat hier gaande is.
Hoe wéét Petrus dat allemaal?! – Dat heeft God hem duidelijk gemaakt. Met de Uitstorting van de Heilige Geest is de Eindtijd begonnen. Wat heeft God al gedaan; en wat gaat Hij doen?

Wat God al heeft gedaan: Hij heeft Jezus gezonden; dat Hij door God gezonden was, heeft Hij bewezen door de wonderen en tekenen die Hij heeft verricht; Hij werd overgeleverd aan de heidenen en gedood, maar Hij is niet in de dood gebleven; God heeft Hem opgewekt. En laat nu voor heel Israël duidelijk zijn, zegt Petrus, dat God Hem tot Heer en Messias heeft aangesteld!
Wat God nog gaat doen: Heel de wereld moet het weten: nu is de tijd, dat de Heilige Geest alles en iedereen confronteert met de Naam van Jezus. De Geest stuwt de geschiedenis naar zijn einde. Petrus noemt uit Joël kosmische tekenen van de naderende Dag des Heren; de Dag van het Oordeel staat voor de deur!
De inhoud van alle Christelijke verkondiging = Proclamatie van de Heerschappij van Jezus.
Bijbelse verkondiging in het krachtenveld van de Geest gaat gepaard met het bevel om te geloven en zich te bekeren! En… ieder die de naam van de Heer aanroept zal worden gered.
De Pinksterpreek van Petrus brengt heel wat teweeg! Niet omdat hij zo’n uitmuntende spreker was, maar omdat de Heilige Geest werkzaam is. De hoorders zijn diep getroffen en zeggen: Wat moeten wij doen?!
Het Wekenfeest is behalve het feest van het ontvangen van de Tora ook een Oogstfeest.
In Leviticus 23 wordt gezegd: Vijftig dagen moeten jullie aftellen, en dan moeten jullie de HEER een graanoffer aanbieden uit de nieuwe tarweoogst.
Ook het Pinksterfeest in Handelingen 2 is een oogstfeest: 3000 mensen kwamen op één dag tot geloof in de Messias! Een geweldige oogst!

De Geest brengt mensen in beweging. Zij worden getuigen; gaan zich inzetten voor de zaak van God.
Er staat heel wat op het spel. Wij leven in de Eindtijd; dat kan niet anders…
Is er toekomst? Wat staat er te gebeuren? Met de wereld, met Israël, met de Kerk?
Wat wordt van ons verwacht? Zijn wij beschikbaar om ons door God te laten inschakelen?

Wij waren slaven - maar Hij heeft ons bevrijd; van de macht van zonde en dood.
Ja, we zijn nog zondaren, maar: verloste zondaren; geen slaven meer, de zonde zal niet langer over ons heersen.
Ja, we moeten nog sterven; maar de dood heeft niet het laatste woord, want Jezus overwon de dood.

Gods Woord blijft onverkort van kracht; geen jota of tittel zal vergaan.
Wie zich aan zijn geboden houdt, die zal het goed gaan; die wordt gezegend. Heb God lief boven alles; en je naaste als jezelf. Die Boodschap heeft niet aan kracht verloren.
De Heilige Geest wordt aan mensen gegeven om ze in staat te stellen Gods wil te doen.
De Boodschap van Pinksteren is, dat vergeving van zonden en de kans om je te bekeren wordt geboden.

De Kerk is vaak zwak; ze heeft geen aantrekkingskracht. We weten niet hoe we zullen reageren op de omstandigheden waarin we verkeren. Waarom niet?
Alsof we denken dat we het zelf moeten doen! Maar niets hoeft in eigen kracht!
Met Pinksteren werd de Kerk geboren. Als God de Heilige Geest niet had uitgestort, dan was er nooit een Kerk geweest. En Hij Zelf houdt zijn werk in stand. De Kerk is niet ons werk, de Kerk is Gods werk.
Wij voelen ons zelf vaak onbekwaam. We worden geroepen tot een taak en dan beginnen we te twijfelen: Kan ik het wel?
Laat dat maar aan God over! Hij kent ons beter dan wie ook. Hij heeft ons immers Zelf gemaakt.
De leerlingen van Jezus waren geen supermensen. Maar wat deden ze: wachten en bidden.
Als wij ons zwak voelen, wat zullen we dan doen? De Heilige Geest IS AL gegeven!
Pinksteren is het feest van Gods kracht. Daar moeten we ons voor open stellen; vertrouwen; ons bewust worden van wat we ontvangen hebben; ons vasthouden aan Gods Woord.
Wie zichzelf aan Jezus toevertrouwen, worden vervuld met de Heilige Geest. En dan gaat God, door middel van u en jou, grote dingen verrichten! Je zult het zien!